Hoe noemt u ze? Melo-cakes, dingskes, negerinnentetten? Wij zeggen vandaag maar eens negerzoenen, en leren hoe we ze zelf kunnen maken.
Nooit heb ik er een hele doos van durven kopen. De zoete decadentie van 24 negerzoenen, je moet er maar mee omkunnen.
Gelukkig was ik al op jonge leeftijd klant bij een snoepwinkel genaamd Algemene Voeding, die strategisch geïnstalleerd was tussen het station en mijn school, en die melo-cakes per stuk verkocht. Kleine eilandjes van schuldbewust genot, ongetwijfeld afkomstig uit de Aldi, voor telkens tien frank.
Die winkel bestaat natuurlijk al lang niet meer, maar het gaat wel goed met de onverpakte negerzoen. Hij wordt populairder én lekkerder, nu ambitieuze bakkers en chocolatiers, elk voor zich, het perfecte recept najagen.
Nick Wauters, die samen met zijn vrouw een chocolaterie heeft in Sint-Niklaas, weet intussen hoe het moet. Handgemaakte koekjes met veel boter erin, daarop een laagje praliné en een bol perfect stabiel eierschuim, overgoten met zuivere, krokante chocolade. In deze kerstweken maakt hij er duizenden van. Met eindejaarswensen en bedrijfslogo's erop, met marsepeinen kaarsjes en kerstmanmutsen. Maar ook heel veel prachtig naakte negerzoenen, in wit, bruin en zwart.
'Het is begonnen toen de vorige eigenaar van deze zaak terugkwam van een reis naar Scandinavië', vertelt Wauters. 'Daar had hij veel soortgelijke koekjes gezien en hij suggereerde dat ik het ook eens zou proberen. Dus ging ik op zoek naar een verfijnde versie.'
lees het ganse artikel op 'De Standaard'